Herkomst
Dit Sneeuwklokje komt oorspronkelijk uit Zuidoost-Europa en is in Nederland vanaf 1900 verwilderd doordat ze werden aangeplant bij Stinzen en op landgoederen. Vandaar dat het bolgewas bij de stinzenplanten hoort. Oorspronkelijk groeit het Sneeuwklokje in de schaduw van loofbossen en langs beekjes.
Kenmerken
Bijzonder is dat de Grote Sneeuwklok al in december kan bloeien en wel 20 cm hoog wordt. De bloei kan duren tot in maart en de grote, hangende klokken zijn gevuld/ dubbel. De bladeren zijn wat groter dan van de gewone Sneeuwklokjes en blauwgrijs van kleur. Het is een winterharde bloembol, die zich niet zo snel vermeerderd als de gewone Sneeuwklok. Deze winterbloeier fleurt beschaduwde plaatsen op met zijn sneeuwwitte bloemen, die groene vlekjes hebben. Een koele, licht beschaduwde plaats onder bladverliezende bomen of struiken is voor deze bloembollen ideaal.
Verzorging
De bollen van Sneeuwklokjes zijn gevoelig voor verdroging, zodat ze het beste zo snel mogelijk na aankoop geplant kunnen worden op een diepte die 3 maal de hoogte van de bol is. Tussen de bollen kan een afstand van een paar cm gehouden worden. Vermeerdering is mogelijk door broedbolletjes, die vanzelf ontstaan. Als de pol na enkele jaren te vol wordt kan deze in mei worden opgegraven en gedeeld. Door de bollen met het blad er nog aan te verplanten is er meer zekerheid dat ze aanslaan. Ook is het belangrijk dat de grond nooit verdroogt, ook niet in de zomer wanneer de bollen in rust zijn. In kleigrond is goede drainage nodig, bijvoorbeeld door zand of split door de grond te mengen.
Extra informatie
Iedere plant groeit en bloeit op zijn eigen manier en zal per seizoen en per plant verschillen.
De getoonde plant kan afwijken qua vorm en maat van de aankoop in de winkel of webshop.





Beoordelingen
Er zijn nog geen beoordelingen.